Het marktgericht denken van de Amerikanen
Bij lezingen over mijn boek '74 miljoen Trumpstemmers weten waarom' ontbreekt mij de tijd om dieper in te gaan op één van de grote cultuurverschillen tussen de States en Europa: Amerikanen denken haast spontaan in termen van markten.
De meesten onder ons denken bij het Amerikaanse marktdenken aan de financiële markten, aan Wall Street. Amerikanen houden van business, hun Grote Leider op kop. Dat hoeft weinig uitleg. Een beetje uitleg krijg je best over een onvoorstelbare contradictie: Trump is de grote kampioen van de vrijheid, en zeker de vrijheid van de markten, maar de internationale markten legt hij zonder blikken en blozen aan banden. Hoe hij die contradictie kan uitleggen, moet je niet aan mij vragen, maar aan de MAGA-ideologen. Markten lijken voor Trump ook nog eens een politiek wapen, een manier om tegenstanders op de knieën te krijgen.
Nog zo'n contradictie: een hele reeks markten in de VS zijn helemaal niet vrij. Probeer maar eens een zuiver binnenlandse vlucht te zoeken in de VS die wordt uitgevoerd door een Europese luchtvaartmaatschappij. Concurrentie is toch goed? Leve de vrijhandel.
Toch houden de Trumpstemmers van den Donald omdat hij zo radicaal marktgericht is. Wat moeten we daaronder verstaan? Daarvoor kan je best twee bronnen raadplegen. William Ouchi met een beroemd artikel voor het verschil tussen markt, bureaucratie en clan, en een boek van Geert Hofstede over culturele verschillen in geliefkoosde organisatiebeelden.
Mensen organiseren zich. In bedrijven, ziekenhuizen, in voetbalploegen, naties, godsdiensten etc. We doen dat op verschillende manieren. Ik ben lid van drie schrijfclubs. Wij organiseren ons als een 'clan'. We sluiten de facto nieuwe leden uit, hebben geen schriftelijke afspraken, hoogstens een (gesloten!) Whatsapp groepje. Families zijn meestal clans. Mijn echtgenote heette Vermeiren en haar familie had zeer hechte banden en respecteerde belangrijke (familie)waarden. Zoals daar zijn: respect voor tradities, het katholieke geloof, taart, gezelligheid, geen te moeilijke woorden gebruiken want dan doe je uit de hoogte, solidariteit en nog wel wat. Ik herinner mij nog een familiefeest waar zowat iedereen hielp bij de afwas (een vrij dwingende norm overigens). De schoonkinderen stonden toevallig alleen samen. En toen viel het hoge woord: de Clan Vermeiren. Die waren anders dan wij, schoonkinderen. Goed dat mijn schoonmoeder dat niet hoorde. Zij hield graag de gehele clan, inclusief schoonkinderen samen.
Overal ter wereld organiseert men zich ook in clans, zowel de misdaad als de solidaire actie, zowel de families als de voetbalsupporters etc. Iedereen in de wereld begrijpt dat.
De tweede manier om ons te organiseren is wat Max Weber ooit 'bureaucratie' heeft genoemd, maar dat woord wordt behalve door sociologen meestal verkeerd begrepen. Je begrijpt het pas echt als je het woord even ontleedt: bureau-cratie (denk aan meritocratie, democratie…). De macht ligt bij het bureau. Bij de rol, bij de regels en procedures, bij glasheldere hiërarchie, niet van personen, maar van functies. Bij Trump, Musk en co ligt dat totaal anders. Zij respecteren de bureaucratie niet, ZIJ zijn belangrijk. Het volk heeft hen verkozen, zij verdienen applaus. Weg met de regeltjes van wat men vandaag liever een machine-organisatie noemt. Sommige overheidsdiensten zijn gelukkig 'bureaucratieën' of machine-organisaties. In sommige landen echter zijn ook overheidsdiensten 'clans'. Neem even de overheidsdienst pensioenen. Om mijn pensioen uitbetaald te krijgen moet ik in een fictief buitenland wekelijks naar mijn vriend-ambtenaar, met een geslachte kip, een babbeltje over het weer, misschien af en toe een cadeautje, een omslag. Mijn vriend vraagt mij wel alles onder ons de houden (ik heb soms de indruk dat mijn pensioen wel wat hoger ligt dan dat van mijn vroegere collega's). Onze 'clan' regelt het wel. Niets staat op papier, niets is geautomatiseerd en niemand lijkt echt verantwoordelijk. Ons kent ons. Dat verhaaltje gelooft u zelfs over het minst ontwikkelde land niet. Het is daarom dat als ik weer een formulier moet invullen, ik tegen mezelf prevel: dank u voor zoveel bureaucratie. Het kan eenvoudiger, misschien, maar ik verkies de traagheid en de regelvloed boven de willekeur in landen waar ik mij niet op mijn gemak voel. Of het nu opname is in een ziekenhuis, een aanvraag voor een reispas, de levering van potjes yoghurt aan Colruyt met vast afgesproken contractuele prijs, of mijn museumpas: dat loopt meestal bijzonder vlot, als een machine. Wel ja, soms moet ik wel eens vijf minuten, oei oei een half uur, wachten en dat kan niet. Onze machine-organisaties moeten perfect werken (inderdaad de spoorwegen zijn een machine-organisatie) en die doen dan niet altijd. We eisen dus perfectie bij zo'n organisatie. Bij Bol.com bijvoorbeeld.
Dat type organisatie kunnen we ons perfect voorstellen. Net als haar halfzusje, de piramidale organisatie. Generaal – kolonel – majoor – kapitein etc. Niet veel uitleg nodig.
En dan heb je een type organisatie dat men 'markt' noemt. Daar hebben wij Europeanen veel minder feeling voor. Angelsaksers (dus ook de Britten) voelen deze organisatievorm beter aan. Wij begrijpen die niet, meer nog, wij vinden die aanpak te vermijden. Ah, alles privatiseren, dat is wat je bedoelt! Niet echt. Schreef Hans Achterhuis geen standaardwerk: de markt van welzijn en geluk? Maakt hij daar geen brandhout van dit soort 'neo-liberaal' denken? Ja en neen. Achterhuis betreurt dat de commerciële markten cultuur, welzijn, gezondheid, onderwijs steeds meer overnemen. Hij verkiest de Europese traditie van 'gratis' onderwijs, liefdadigheid, solidariteit. Cultuur vooral huivert bij het marktdenken. Een toneelstuk is geen waspoeder!
Maar het marktdenken zit veel dieper dan dit. Veronderstel dat we een discussie voeren over de volgende vaccinatiegolf. Verschillende ideeën circuleren, via kranten, praatgroepen, tv, websites etc. Dat zijn geen clans. En samen zeker geen machine-organisatie. Samen vormen ze, zo stellen de Amerikanen, de markt van de ideeën over vaccinaties. Wie wint het debat op de ideeënmarkt? Dat is iets totaal anders dan: wie wint het politieke debat (in kamer en senaat). Zo is roken de grote verliezer van de ideeënstrijd op de markt van de ideeën. Wat blijkbaar de voorstanders van vrijheid (ik wil roken waar en wanneer ik wil) het onderspit deed delven, is passief roken. Ook kinderen ademen immers via passief roken ook veel schadelijke producten in. En via een 'tipping' point kregen we altijd maar strengere en strengere maatregelen, die nog elke dag verstrengd worden. Op de markt van de ideeën is er voorlopig nog geen weg terug. Zelf niet nu we niet meer mogen roken op terrassen.
Nu merk je dat het drinken van alcohol ook al die weg opgaat. Lobbyisten, Kom op tegen Kanker, restauranthouders, progressieven en conservatieven, professoren, cafébazen, ervaren drinkers, culinaire recensenten, iedereen krijgt zijn zegje op de markt. Het gaat niet alleen om geld, maar ook om idealen, geloof in wetenschap, eigen belang. Experts liggen sterk onder vuur. Waarom toch? Omdat zij zich superieur opstellen tijdens de marktsessies over alle mogelijke opvattingen. Hun stem moet volgens velen afgezwakt worden op de markt der ideeën.
Dit is een voorbeeld dat hopelijk verduidelijkt hoe 'breed' een markt wel kan gezien worden. Uiteraard heb je de economische markten en daar heeft Achterhuis meer dan een punt. Willen wij dat scholen zich gedragen als de lokale middenstander, of als een grootwarenhuisketen? Moet de zorg voor de ouderen geprivatiseerd?
Het marktdenken kan dus heel diep zitten. Veronderstel dat je een project tot een goed eind moet brengen. Wat verkies je: de clan, de machine-organisatie of de markt? Zal je wat vrienden optrommelen (clan), zal je alles nauwkeurige en zorgvuldig plannen? Of zal je een aantal mensen die er verstand van hebben rond de tafel brengen, en zal je bij zowat iedereen peilen naar zijn prijs? De ene komt graag voor een wederdienst, de andere wil een vergoeding voor zijn materiaal, de andere wil alleen komen in het weekend, de ene ziet het zo, de andere zo. Alles wordt uitgepraat. Het verloopt nogal informeel. Er worden afspraken gemaakt, handen worden geschud. The art of the deal, is niet toevallig de titel van Trumps boek over onderhandelen. Op een markt worden zaken gedaan, heel vaak ad hoc. U zou graag wat appelen hebben? Sorry, die zijn uitverkocht, maar ik heb wel net vers geplukte peren. Een markt past zich permanent aan, het is allemaal niet zo gepland, vraag en aanbod spelen op elkaar in. We zijn soepel in die dingen. Vandaag tarieven, morgen een hevige emotionele uitval, dan weer vleien, dan weer contracten afsluiten, dan grenscontroles aankondigen en belachelijke uitspraken lanceren. Schrik niet, in een marktmodel is alles mogelijk, zolang we maar eindigen met een 'deal'. Het hoeft echt niet logisch of gepland te zijn zoals bij de machine-organisatie. En daar is helemaal niets fout mee. Laat 'the villege people' maar zeuren over gebrek aan consistentie. Wij doen het op onze manier.
Hoe fundamenteel dat denken wel kan zijn, is duidelijk geworden tijdens de Brexit-onderhandelingen. De Fransen (onder permanente leiding van Michel Barnier) onderhandelden zoals het een piramidale machine-organisatie past. Tot in de puntjes voorbereid, strikte taakverdeling, nauwkeurige opvolging. Je vertrekt vanuit de grote lijnen en daalt stapje na stapje af naar de kleine details. Niets komt onverwacht. De Britten kenden de ene delegatieleider na de andere. Iedereen kende de onderhandelingsstijl van Boris Johnson, improviseren, kwinkslagen, iets anders zeggen aan tafel dan nadien tegen de pers, en zeker tegen de kiezers. Dat is niet liegen, neen, een marktkramer zegt ook iets anders tegen zijn vrouw dan tegen zijn klanten.
Als je naar de Brexit-onderhandelingen keek vanuit continentaal standpunt en je besefte niet dat de andere partij gewoon dacht als een marktkramer, dan begreep je er niets van. Bernier verloor zijn geduld niet, laat ze maar improviseren. Ik weet wat ik wil en wat niet. Ik heb mijn huiswerk wél gemaakt. De Brexit-onderhandelingen bewezen dat het marktmodel zijn grenzen heeft. Zelfs de Britten aanvaarden nu dat het gehele proces verre van optimaal was. Het is echter helemaal niet zeker of we dat ook zo zullen stellen bij Trump. Die heeft wel wat troefkaarten, macht, geld en heel veel lef achter zich. Het is misschien maar best dat we er zo snel mogelijk leren mee leven.